Peter Heidt

Den Haag, 25 december 1944
Belangstelling voor biologie
Op de lagere school had ik al interesse in de natuur.
Dat uitte zich vooral in het vullen van een herbarium en het in de sloot vangen van stekelbaarsjes
en kikkervisjes die dan thuis in grote weckpotten dagelijks werden bekeken.
Toen ik naar de HBS ging (Stevin HBS, Raamstraat, Den Haag) en daar biologie-onderwijs kreeg
van een enthousiaste leraar werd mijn interesse in biologie alleen maar groter.
Studie
Na het behalen van mijn eindexamen moest ik, omdat geen uitstel kreeg, eerst in militaire dienst en waren de
plannen voor een studie nog even niet aan de orde.
Echter, toen ik vanuit Nijmegen werd overgeplaatst naar Den Haag ging een studie biologie in Leiden tot de mogelijkheden behoren.
Nog tijdens mijn militaire diensttijd begon ik in 1965 aan de studie biologie, maar kon
eigenlijk pas echt beginnen na 18 december toen ik "met klein verlof" de militaire
dienstperiode achter me kon laten.
In januari ben ik dus, wel met een half jaar achterstand,
aan de studie begonnen en heb met veel plezier de practica en de excursies van het tweede
halve studiejaar meegemaakt.
Zoals was te verwachten haalde ik dat jaar niet voldoende resultaten om mijn
"eerstejaarsverklaring" te krijgen en moest ik het 1e jaar dus overdoen.
Prettig voor mij was dat Bram Bol in dezelfde positie was geraakt en we dus samen met frisse moed het 1e jaar
voor de 2e keer gingen doen.
Contacten met ons oorspronkelijke jaar bleven uiteraard
bestaan (w.o. het lidmaatschap van GLULL, het biologencabaret, de diverse feesten en reizen).
Na het kandidaatsexamen heb ik een doctoraal onderwerp gedaan bij Celbiologie (bij Aad
Vijverberg) en aansluitend een 2e doctoraal onderwerp bij Dick van der Waaij, hoofd van de
afdeling Bacteriologie van het Radiobiologisch Instituut TNO in Rijswijk.
Werkzaamheden
Na mijn afstuderen werd ik gevraagd om bij het Radiobiologisch Instituut te blijven werken en daar, aansluitend
aan mijn doctoraal onderwerp, een promotieonderzoek te doen naar de relatie tussen de
microflora en het ontstaan van GraftEversusEHost ziekte na beenmergtransplantatie.
Dit onderzoek vond plaats in proefdieren, maar door Dick van der Waaij werd ik geïntroduceerd
in de kliniek (het Academisch Ziekenhuis Leiden; tegenwoordig Leids Universitair Medisch
Centrum) waar onder strikte bacteriologische bewaking beenmergtransplantaties werden
uitgevoerd in het "Isolatiepaviljoen".
Vanwege een daar nog niet vervulde vacature werd ik
(partEtime) tijdelijk hoofd van het bacteriologisch laboratorium van het isolatiepaviljoen en
werd mijn promotieonderzoek in proefdieren uitgebreid met de resultaten van de klinische
toepassingen van de in proefdieren verkregen resultaten.
Dit heeft in 1989 uiteindelijk geleid
tot een "cum laude" promotie tot doctor in de geneeskunde op het proefschrift met de titel
"Gnotobiotics and Bone Marrow Transplantation, Experimental and Clinical studies".
Mijn tijdelijke functie als hoofd van het bacteriologisch lab was intussen beëindigd, maar ik bleef
partEtime, als consulent kindergeneeskunde, betrokken bij de beenmergtransplantaties bij
kinderen met ziekten van het bloedvormend systeem.
Intussen was ik, naast mijn
werkzaamheden, begonnen met mijn studie geneeskunde.
Dat is allemaal redelijk verlopen
maar het behalen van het artsdiploma is er nooit van gekomen omdat, vanwege mijn baan in
Rijswijk (intussen was ik daar hoofd van de afdeling Microbiologie geworden) er geen tijd was
voor de grote coschappen.
Na diverse reorganisaties bij TNO in Rijswijk is het instituut uiteindelijk verzelfstandigd tot
het huidige Biomedical Primate Research Centre, waar ik mijn carrière daar, wegens het
behalen van de pensioenEverplichte leeftijd, heb afgesloten als hoofd van het "Animal Science.
Persoonlijke informatie

Dan nu, voor de geïnteresseerden, nog iets over mijn privé-leven.
Ik ben nog steeds gelukkig getrouwd met Lia (Goddijn) en we
hebben twee zoons: Jeroen is 39 jaar en Sebastiaan is 36 jaar.
Hobbies? Lia en ik zijn onder meer liefhebbers van (berg-) wandelen.
Rond de jaarwisseling hebben we een trektocht door Bhutan gemaakt en deze zomer staat een trektocht door zuidwest
IJsland op het programma.
Ik doe nog steeds aan alpine klimmen en aan sportklimmen in de hal en ben ook nog een enthousiast
motorrijder (jazeker, een Harley-Davidson; nee, geen Hells Angel).
Dus, hoewel officieel met pensioen, kom ik nog steeds tijd tekort